OntwerpAcademie opent derde leslocatie

donderdag 11 juli | Algemeen

Naast Boskoop en Houten opent de OntwerpAcademie een derde leslocatie: in Frederiksoord, in het gebouw van de voormalige Tuinbouwschool. “We krijgen al jarenlang verzoeken vanuit de markt om ook in het noorden van het land opleidingen aan te bieden. Hiermee komen we aan die verzoeken tegemoet: vanaf 17 mei kan men onze opleiding Tuinarchitectuur ook in Drenthe volgen”, zegt Dolf Houtman, oprichter en directeur van de OntwerpAcademie.

El Dorado

Het gebouw van de Tuinbouwschool uit 1885 heeft twintig jaar leeg gestaan. Stichting De Proef heeft het pand en de verwaarloosde tuin opgeknapt en verhuurt er nu lokalen, onder meer aan de OntwerpAcademie. Houtman: “Frederiksoord is een ontzettend mooie locatie, met een tuin van vijf of zes hectare. Daarin staan prachtige, volgroeide bomen. Als ontwerper zie je niet vaak hoe groot sommige bomen zijn als ze 80 of 90 jaar oud zijn. Indrukwekkend. Er is van alles: een Franse tuin, een ecologische tuin, een landschapstuin. Er hang een goede sfeer, je bent er omarmd door het groen. Het is werkelijk een El Dorado om daar onderwijs te hebben.”

©OntwerpAcademie

Opleiding

De OntwerpAcademie bestaat dit jaar tien jaar. Hoe verklaart Houtman het succes? “Praktijk en theorie zijn in onze opleidingen volledig verweven. We gooien de studenten meteen in het diepe, met begeleiding: je begint bij ons direct met tekenen en onderzoek doen, analyseren, inventariseren. Het is een compacte opleiding voor carrièreswitchers en we doen er alles voor om ze meters te laten maken zodat ze voorbereid zijn op de markt: er is online huiswerkbegeleiding, elke maand is er een lezing, er zijn excursies, er is een online community met 860 studenten, we werken met stageprojecten. Die gratis extra’s maken onze opleidingen echt anders.”

Lees ook: Bakkers Bloementuin

Tien keer de Veluwe

“Groen is een actueel en belangrijk onderwerp”, zegt Houtman. “Alle particuliere tuinen bij elkaar opgeteld hebben een oppervlakte van tien keer de Veluwe. Als je die tuinen goed inricht, levert dat een enorme bijdrage aan de biodiversiteit en aan het verminderen van hittestress en fijnstof. Om tuinen het verschil te laten maken heb je goede ontwerpers nodig. Ontwerpers die niet alleen de trends volgen en dan een bepaald type overkapping of terras aanbrengen, maar die zoeken naar duurzame oplossingen. Het is mijn missie om te laten zien dat ontwerpen een vak is. Ontwerpers en beplantingsadviseurs verdienen een podium. Dat dragen we uit met een team van 23 mensen, van wie er 15 lesgeven.”

"Om tuinen het verschil te laten maken heb je goede ontwerpers nodig"

Geest van de plek

“Een tuin is een heel rijk vakgebied met eindeloos veel mogelijkheden. Je bent als ontwerper altijd op zoek naar de geest van de plek, de genus loci. Je combineert de kwaliteiten van de tuin met de wensen van de opdrachtgever, en wil de tegenstrijdigheden met één gebaar verenigen. Dat ene grote gebaar, het ruimtelijke beeld, moet visueel aantrekkelijk zijn en functioneren. Elk ontwerp is daardoor authentiek, omdat het het verhaal vertelt van deze specifieke plek.”

“Het verschil met de tuintekeningen van hoveniers, is dat tekeningen over het uiterlijk gaan. Een ontwerp gaat over de inhoud, de gelaagdheid, de betekenis die je geeft aan een plek. In een tekening bepaal je waar het pad, het terras en het groen komen, maar een ontwerp vertelt het hele verhaal. Zoals een kunstwerk. We vertellen dat verhaal met de taal van vormen, kleuren en texturen. Daarmee probeer je de essentie van de plek expressief te maken.”

Elkaar aanvullen

“Ontwerpers en hoveniers zouden elkaar meer kunnen versterken”, benadrukt Houtman. “De ontwerper is opgeleid om authentieke beelden te maken, de hovenier om te zorgen dat het technisch goed wordt uitgevoerd. Dat is het moment waarop ze elkaar kunnen aanvullen: de ontwerper denkt vanuit het beeld en heeft de hovenier nodig om af te stemmen hoe dat in de praktijk kan. Samen brengen we werken tot stand die helemaal kloppen, functioneren, horen bij de plek, en daardoor duurzaam zijn. Daar gaat ons onderwijs over, ook in Frederiksoord.”

Tekst: Nolanda Klunder

Kant-en-klaar

In 2001 bracht Mobilane de Kant & Klaar Haag op de markt. Kieboom: “Je moet je realiseren dat dit idee best een investering vergt, want de hagen staan anderhalf à twee jaar in de kas. Maar juist dat de haag zo lang in de kas blijft en vervolgens kant-en-klaar geplaatst wordt, biedt enorme voordelen: de klant heeft meteen het gewenste resultaat en de plant is groter en daarmee sterker.” Het idee sloeg aan: het Nederlandse bedrijf is nu wereldwijd de grootste in kant-en-klare hagen, exporteert de hagen door heel Europa en heeft een eigen kwekerij in Canada voor levering aan Canada en Amerika. Maar ook hier staat de innovatie niet stil. “We hebben nu een nieuwe haag, de ecohaag, samengesteld uit zeven inheemse planten. Dat kan je innovatie noemen, maar het gebruik van inheemse soorten is eigenlijk een terugkeer naar hoe het altijd was. We kozen voor zeven soorten in één haag, want de variatie maakt het geheel sterker en zorgt voor een gevarieerd beeld door het jaar heen, met bloei, bes en bloem.”

Groene gevels

De Kant & Klaar Haag was het begin van veel meer: “We werden vanwege onze haag benaderd door een architect die een groene gevel zocht voor een buitenlandse klant. Wij vonden dat zo’n boeiende vraag dat we aan de slag zijn gegaan en een heel nieuw systeem hebben ontwikkeld. Zo kwam onze eerste groene gevel tegen een parkeergarage in Monaco. Dat systeem hebben we in de jaren daarna helemaal doorontwikkeld.” Het gaat hierbij om een modulair systeem, waarbij er cassettes van 40×40 cm aan de gevel worden bevestigd, met aan de voorzijde daarvan sleuven waar de planten in gaan. Kieboom: “Wat het systeem uniek maakt, is dat er in de cassettes doek ligt. Dat doek is door een irrigatiesysteem altijd nat. De plant krijgt water via capillaire werking: hij zuigt het water uit die doek. Dat klinkt makkelijk en dat is het ook, maar je moet het wel verzinnen en ontwikkelen. Vroeger zat het irrigatiesysteem aangesloten op de waterleiding, maar we gebruiken steeds vaker regenwater. Daarvoor werken we met wateropvang op het dak of met tanks onder de grond. Dat laatste doen we vooral bij nieuwbouwprojecten, zodat de tanks vanaf het begin in de plannen meegenomen kunnen worden.” Na de kant-en-klare haag en de groene gevels kwamen ook de groene daken en groene binnenwanden. “We vinden het een mooie uitdaging om steeds nieuwe en betere oplossingen te vinden. De gevels, wanden en daken exporteren we wereldwijd als systeem, maar vaak zonder het groen. De planten worden er door onze lokale contacten aan toegevoegd.”

Meedenken

“We staan als maatschappij voor urgente uitdagingen zoals biodiversiteitsverlies, klimaatverandering en de leefbaarheid van steden”, zegt Kieboom. “Om impact te kunnen maken, zoeken wij als leverancier samenwerkingen met overheden, gemeentes en architecten. We denken graag mee met architecten: is hun plan realistisch? Kunnen we hierbij een lange levensduur van het groen realiseren? Bij groene gevels en daken is er het risico dat het een eenmalige investering is en er niet is nagedacht over het onderhoud. Gelukkig zie je dat het onderhoud steeds vaker wordt meegenomen in de planning. Sowieso is het een trend om meer oog te hebben voor het groen bij een bouwproject. We worden vaker al in een vroege fase bij bouwplannen betrokken. Dat is belangrijk, want als we aan de bouwtafel meepraten, kunnen we tijdig adviseren om bij een groene gevel de tanks voor regenwater en een technische ruimte voor het irrigatiesysteem in het ontwerp op te nemen. En we wijzen op het belang van een goed onderhoudsplan, zodat het groen blijvend is.”

Duitse awards

Onlangs won Mobilane twee BuGG-awards. De Duitse Federale Vereniging voor Groene Gebouwen (Bundesverband GebäudeGrün, BuGG) reikt elk jaar prijzen uit voor de beste groene buitengevel, groene binnenwand en groen dak. Voor het eerst won één partij daarbij twee van de drie awards: Mobilane werd met zijn Duitse partner Gefässerie eerste in de twee categorieën buitengevel en binnenwand (en tweede in de categorie dak). “Bij de binnenwand ging het om de wand van Timberjacks in Keulen. Van deze restaurantketen hebben we meerdere vestigingen vergroend. De samenwerking met Gefässerie hield hier in dat wij het systeem helemaal op maat leverden en zij het plaatsten en onderhouden. Het mooie aan het systeem is dat het heel slank en lichtgewicht is, en dat er geen water wordt verspild. Een stuk van de doek in de cassettes hangt in een goot. De goten hebben een sensor die ervoor zorgt dat het water wordt aangevuld zodra het nodig is. Zo heb je precies genoeg water en verspil je niets.” De BuGG-award voor beste groene gevel was voor de groene gevels van het nieuwe bedrijfsgebouw van Gefässerie in Fuchsstadt. Alle vier de gevels en het dak zijn voorzien van groen, waarbij de geveloriëntatie de plantkeuze bepaalde. “Voor ons zijn de BuGG-awards een bevestiging dat we op de goede weg zijn, met samenwerkingen met goede partners en altijd onze vier pijlers als uitgangspunt”, zegt Kieboom. Wat groene gevels zoals die in Fuchsstadt bijdragen aan de biodiversiteit, wordt gemonitord. Onderzoeksbureau SGS heeft een methode ontwikkeld om de biodiversiteit van groene gevels te meten. De exclusieve rechten om die meetmethode in Europa toe te passen, liggen bij Mobilane.

Bushokjes voor biodiversiteit

Mobilane was in 2019 wereldnieuws toen het bedrijf de bushokjes in Utrecht voorzag van groene daken. “Daarmee haalden we de pers tot in China en India aan toe”, vertelt Kieboom. “Een Amerikaanse journalist noemde de bushokjes ‘bee-stop’ in plaats van ‘bus stop’. Wij vroegen ons af of dat niet te sterk gezegd was, want sedum trekt niet de meeste insecten aan. Maar uit onderzoek is inmiddels gebleken dat er een enorme toename is in biodiversiteit rondom groene bushokjes, vooral die in een sterk verstedelijkte omgeving zoals Neude en het Janskerkhof. Dus ook al is iets een klein oppervlak, het heeft absoluut waarde.”